1200 toeschouwers, 650 muzikanten, twee solisten en wereldpremière van Pierius Magnus

 

 

Door Ruurd Wallinga in het Friesch Dagblad van 7 februari 2011.

 

Makkum/Workum/Sneek - Twaalfhonderd man publiek was zaterdagavond - verdeeld over drie locaties in Makkum, Workum en Sneek - getuige van de megahafabraconcerten als afscheidsgroet van de gemeenten Wûnseradiel, Nijefurd, Bolsward, Wymbritseradiel en Sneek.


Bij het slotnummer, een welkomsthymne aan de nieuwe fusiegemeente, op de wijze van Land of Hope and Glory kreeg menig bezoeker een brok in de keel toen de nieuwe gemeente werd bezongen: ‘Hé dêr Súdwest Friezen, pak elkoar by de hân. Meiïnoar geane we fierder, krije we in bân. Lân fan stêden en doarpen, wetter, klaai en sân. Wolkom Súdwest Fryslân, yn it heitelân.’ Met name in de Sneker Sporthal pakten veel bezoekers elkaar bij de hand.
Het drukstbezette concert was dat in Maggenheim in Makkum. Hier zaten 450 belangstellenden in de sporthal. Hier zat ook het grootste samengestelde orkest. Dirigent Thom Zigterman moest 250 muzikanten van dertien verschilllende verenigingen in bedwang houden. ,,Echt kicke”, vond Zigterman. ,,Wat jout dit in enerzjy. Prachtich.” In de Rolpeal in Workum speelden ruim tweehonderd musici uit acht orkesten onder leiding van Siemen Hoekstra en in Sneek gaf Tseard Verbeek leiding aan circa 180 blazers en slagwerkers uit negen korpsen.
Makkum grote afwezige
Op één na deden alle muziekverenigingen uit Súdwest Fryslân mee aan het Megaconcert. Grote afwezige was het harmonieorkest Hallelujah uit Makkum. Dirigente Nynke Jaarsma vond het muzikale feestje niet passen in de voorbereiding naar het concours in maart. Dan gaat de harmonie met een bus naar een concours in Leek. Bovendien had de fusie en daarmee het opdoeken van Wûnseradiel van Jaarsma niet gehoeven.
Toch zaten afgelopen zaterdagavond verscheidene leden van Hallelujah in de sporthal te genieten en zich enigszins te verbijten tijdens het feestelijke megahafabraconcert. De trompetspelers Ewout van der Kam (18) en Anke Kleiterp (19) zijn onder de indruk van het gebeuren. ,,Hiel jammer dat wy net meidogge”, vindt Ewout. ,,Wat is dit geweldich. En wat klinkt it moai yn balâns. Do sjochst fyftjin bassen op in rige sitten en dan tinkst yn’t foar: hoe moat dit komme? Mar it klinkt as ien gehiel. Skitterend.” Ook Anke vindt het erg spijtig dat het bestuur van haar vereniging deelname aan dit unieke concert niet heeft gepromoot, laat staan gestimuleerd. ,,By ús op it korps is der eins noait oer praat. Ik hie dit wol graach meibelibje wollen”, zegt Anke. ,,Ja”, vult Ewout aan, ,,by it earste nûmer al tocht ik: siet ik der mar tusken.”

 

Grutte Pier
Het concert opende met de vrolijke mars Montana. Vervolgens werd de gedragen compositie The Young Maria en het jazzy stuk Treble Concerto gespeeld, waarin gemeentesecretaris Johan Krul, onder meer lid bij topbrassband De Bazuin uit Oentsjerk, beheerst en knap soleerde op de kornet.
Daarna kwam de wereldpremière van het door Jan de Haan uit Oranjewoud gecomponeerde Pierius Magnus aan bod. Dit circa tien minuten durende stuk over Grutte Pier, dat geschikt is voor orkesten uit de derde divisie, was het enige, zware concourswerk tijdens het hafabraconcert.
Hoewel Zigterman het publiek in Makkum vooraf waarschuwde voor het misschien soms moeilijke werk en het vreemde slot, verveelde de muzikale verwerking van Pier Gerlof Donia uit Kimswerd geen moment. Heel herkenbaar en fraai kwamen geregeld de ‘klink dan en daverje’ uit het Friese volkslied terug in de compositie, die bij tijd en wijle erg majestueus was. Knap was ook dat het 250 man tellende orkest mooi muziek bleef maken. Het werd geen gebrabbel en crescendo’s en decrescendo’s kwamen goed uit de verf.
Tijdens de compositie, die speciaal voor Súdwest Fryslân was geschreven, was het in Makkum even spannend voor Sytze Bouma uit Bolsward. Samen met Wop Schat uit IJlst, belast met de organisatie in Workum, en Cees Walinga uit Boazum, gastheer in Sneek, had Bouma het megaconcert georganiseerd. ,,Tidens it tredde diel fan Pierius Magnus wie ús folgjende gast, troubadoer Gurbe Douwstra der noch net. Dy moast út Warkum komme. Hy kaam krekt op ’e tiid oan. Fierders hie ik gjin soarchen hân. Fan ’e jûn wie in feest. Wat in sfear”, verklaart Bouma.
Met zijn lied Friezen lit jim gean kreeg Douwstra de bezoekers van hun stoelen en kwam de feeststemming goed op gang. In Sneek, waar Douwstra als laatste optrad, kreeg hij het zelfs zover dat burgemeester Hayo Apotheker voorop ging in een polonaise door de zaal. Vlak voor de pauze speelde het megaorkest You’ll never walk alone in een arrangement van Thijs Oud. In het programmaboekje was een Friese tekst hiervan afgedrukt.

 

Oranjesfeer
Na de pauze werd er nog volop gezongen en gespeeld. Dat begon al meteen met de uitvoering van de Suite oer Wetter en Farren’ van Jacob de Haan met daarin de Friese liedjes Roeijersliet, Skipperssankje, See, do wide see en Skûtsjesile.
Daarna zetten bijna alle 250 muzikanten een zonnebril op om Big Spender in een arrangement van Klaas van der Woude zo Amerikaans mogelijk uit te voeren. Vervolgens veranderde het superorkest in een feestelijk uitgedost Oranjelegioen en werden diverse Hollandse hits van Peter Kleine Schaars gespeeld. Ondertussen werd er volop lol gemaakt en met confetti en slingers gesmeten. Helemaal in de stijl van een Promsconcert, werd staande afgesloten met Land of Hope and Glory.
De twaalfjarige Schraarders Johan van der Velde, die bariton speelt, en Esther de Haan op bugel, hadden de avond van hun leven. ,,Wauw, wat wie dit moai”, zegt Johan glunderend. ,,Ja”, voegt Esther eraan toe, ,,dit meie se wolris faker hâlde.”
Het concert werd in Workum gepresenteerd door Durk Dam, in Makkum door Anne Peter van Dijk en in Sneek door Janke de Paauw-Westra

Gepubliceerd: dinsdag 8 februari 2011